Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Deze [spreuken] zijn ook [49]van de wijzen. [50]Het aangezicht in het gericht te kennen, [51]is niet goed. 49. Of [behoren] tot de wijzen, of voor de wijzen, of raken de wijzen. 50. Zie Deut.1:17, en de aantekening en Deut.16:29. Hetzelfde wordt elders genoemd het aangezicht aannemen en vereren. Zie Lev.19:15, en de aantekening. 51. Dat is, het deugt niet, het is zeer kwaad. Zie boven hfdst.17 vs.26.